Tekst hieronder van Paul van Capelleveen:
Hij liet verschillende van zijn projecten de revue passeren, waarbij duidelijk werd dat er steeds verschillende stadia zijn van ontdekken, doen, en bedenken van een uitwerking van de gevonden beelden. Zo voer hij ooit mee met een vissersschip langs de zeekust van Schouwen-Duiveland tot aan het werkeiland Neeltje Jans. Een door hem aan boord gemonteerde camera legde de kust vast met duinen die laag of iets hoger waren, bebouwing die zich soms voordeed, waarbij de boot soms dichter bij de kust voer en dan weer op grotere afstand ervan. Het duurde een paar jaar voordat Van Dijke besloot tekeningen te maken op basis van deze beelden. Dat gebeurde nadat hij gefascineerd raakte door de bewegingen die hij zag bij het langstrekken van de kust.
Door de deining van het schip leek de kuststreek zich niet gewoon als een horizontaal landschap aan hem voorbij te trekken, integendeel: die bewoog almaar op en neer, naar boven en naar beneden. Dat werd de basis voor zijn tekeningen en daaruit bleek dan weer dat de bewegingen soms klein en regelmatig en dan weer groot en onregelmatig zijn.
De schijnbaar chaotische of willekeurige tekeningen kregen er plotseling de status van een rapport bij." |